KRAAKHANDLEIDING

Home H1: Inleiding H2: Voorbereiding H4: Kraken en de wet

3. Het kraken zelf

3.1 De voorkraak / omgaan met politie en huiseigenaar

De voorkraak is het onopvallend bezetten van een pand de nacht voor de openlijke kraak. In het geval van een stille kraak is dit het kraken als dusdanig. Een voorkraak gebeurt om twee redenen:

1. Voorkomen dat je opgepakt wordt voor braak van afsluiting, huisvredebreuk of inbraak. In het geval dat je een deur of een raam forceert maak je je schuldig aan het misdrijf 'braak van afsluiting'. Wanneer je op heterdaad betrapt wordt, kan de politie je daarvoor oppakken. Er is echter enkel sprake van deze misdrijven als je iets moet forceren, niet als je gewoon kan binnenwandelen. Zolang het om een onbewoond pand gaat, maak je je trouwens niet schuldig aan huisvredebreuk of inbraak.

2. Voorkomen dat je direct wordt ontruimd door de politie omdat je er zogezegd nog niet woont. Zodra je ergens woont, ben je namelijk zelf beschermd door de 'onschendbaarheid van de woning' (zie 4.3). Dan kan de politie (of andere lastpakken, de eigenaar bijvoorbeeld) de woning enkel nog betreden als je ze binnenlaat of als ze een huiszoekingsbevel hebben . Een voorkraak geeft je de gelegenheid de komst van de politie voor te bereiden.

De 'voorkraak' dient dus om de schimmige zone te overbruggen tussen het moment dat je het pand binnendringt (met het risico dat je moet 'breken') en het moment dat je er woont (en je dus beschermt bent door de 'onschendbaarheid van de woning'). Kraken is op zich niet strafbaar, maar het vaak onvermijdelijke 'braak van afsluiting' is dat wel. Op het moment dat je aan het 'breken' bent, moet je dus erg goed opletten dat je niet betrapt wordt door de politie. Eenmaal je een pand 'bewoont', mag de politie je er wettelijk gezien niet zomaar zonder gerechtelijk bevel uitsleuren. Wanneer het 'binnenbreken' ophoudt en wanneer het 'wonen' begint, dat is echter nogal vaag... Daarom worden panden dus eerst stilletjes en zo onopvallend mogelijk 'voorgekraakt'. De truc is zo weinig mogelijk te 'breken' en zo snel mogelijk te 'wonen'.

Enkele belangrijke zaken:

Hoe ga je het best te werk? Breek eerst zo onopvallend mogelijk binnen en ruim zodra je binnen bent alle sporen van inbraak op. Barricadeer alle mogelijke ingangen en zet onmiddellijk een nieuw slot op de deur. Zo voorkom je dat de politie je er meteen 's nachts nog uit kan komen sleuren. Eens je binnen bent maak je het jezelf een beetje comfortabel: ruim op en installeer voorlopige slaap- en leefruimtes. Probeer ervoor te zorgen dat je de basishuisraad binnen hebt. Zo snel mogelijk voor een brievenbus en deurbel zorgen kan ook helpen.

Let er vooral op dat je de ramen goed toe hebt gedaan voordat je licht maakt. Dit zou je verblijf gemakkelijk verraden.

's Morgens, op je eerste dag in je nieuwe woning, neem je foto's van o.a. lege, stoffige ruimtes, de spullen die er eventueel staan, schimmel, gaten in het dak, rotte plekken, gebroken ramen, kapotte dakgoot, niet onderhouden tuin, .... Later neem je eventueel foto's van herstellingswerken die je hebt uitgevoerd. Noteer ook zeker de meterstanden van water, gas en elektriciteit.

Zorg dat je met je medekrakers goed hebt besproken hoe jullie om zullen gaan met alle mogelijke scenario's zoals komst van politie, eigenaar en de pers. Dit doe je beter vooraf om geen moeilijke discussies te moeten voeren op het verkeerde moment.

Wanneer je ruchtbaarheid wil geven aan de kraak, dan kan het nuttig zijn om duidelijk te maken dat het pand vanaf nu bewoond is door 's morgens spandoeken uit te hangen, buurtpamfletten te verspreiden, muurkranten op te hangen en/of de pers te contacteren.

Belangrijk is dan wel dat je daar zichtbaar woont of dat je dat kan aantonen. Een goed bewijsstuk is bv. dat je daar post ontvangt (je kan jezelf ook een kaartje sturen voor de kraak!), betalingensbewijzen voor nutsvoorzieningen. Voor een politieke kraak of actieve woonkraak kan het nuttig zijn duidelijk te maken dat het huis vanaf nu bewoond is door spandoeken uit te hangen en een persbericht te versturen.

3.2 Breken

Er circuleert een aparte breekhandleiding in Nederland en België. Om deze te vinden moet je je richten tot bekende krakers in je omgeving.

3.3 Barricaderen

Om ongewenst bezoek (flikken, skinheads, knokploegen van de eigenaar, dieven) tegen te houden, kan je het pand barricaderen. In het geval van een woonkraak en zeker van een stille kraak is dit vaak onnodig en zelfs onwenselijk. Per slot van rekening wil niet iedereen in een bunker wonen (je wil bv. meer daglicht in huis of je hoopt op een 'fluffy' en minder agressief imago). Voor een politiek pand of een eerste kraak in een stad kan het echter geen kwaad goed te barricaderen. Zowiezo is enige kennis over barricaderen handig mocht je van plan zijn je in te barricaderen naar aanleiding van een ontruiming. Naast een barricade is een soort van alarmlijn een goede verdediging: zorg dat je steeds enkele nummers van andere panden of vrienden bij je hebt die je kan verwittigen.

Als iemand binnen wil geraken, zal die waarschijnlijk eerst de voordeur uitproberen. Zorg ervoor dat die snel gesloten kan worden en verstevigd is met een stalen plaat, een bedspiraal of stevige houten planken. Je kan de deur ook extra stutten met een balk of een bouwstempel. Een venster kan je barricaderen met een bedspiraal die je met spanvijzen bevestigt. Voor kleine vensters zal je het bedspiraal op maat moeten knippen en vensters met een metalen kozijn dien je extra te stutten. Een stalen tochtstrip op de buitenkant van je deur voorkomt dat ze met een breekijzer kan geopend worden. Beugels aan de binnenkant van de deur zijn sowieso aan te raden naast een gewoon deurslot. Vergeet ook alle andere ingangen niet: ontruimingen gebeuren wel vaker langs de achterkant van het gebouw.

3.4 Omgaan met de politie

Dankzij het principe van de 'onschendbaarheid van de woning' (zie 4.3), heb jij als bewoner het recht om te bepalen wie er in je woonst mag binnenkomen en wie niet. Dit geldt ook voor de politie. Tenzij de politie een huiszoekingsbevel of een ontruimingsbevel kan tonen, mogen zij niet zonder jouw toestemming het pand binnendringen, anders begaan ze zelf een overtreding. Traditiegetrouw wordt aan de politie gewoon gevraagd om buiten te blijven. Punt uit. Met uitzondering natuurlijk van de wijkagent wanneer die je domicilie komt vastleggen.

Het moeilijke moment is echter wanneer de politie je tijdens de voorkraak betrapt. Als je betrapt wordt bij het binnenbreken, maak je je best uit de voeten en probeer je niet opgepakt te worden met breekmateriaal. Eens je binnen bent, kan je proberen volhouden dat je bewoner bent van de woning. Doe dit echter enkel wanneer je al huisraad binnen hebt, met een groep bent en alle sporen van inbraak verwijderd zijn. Het beste is er natuurlijk voor te zorgen dat de politie niet onmiddellijk binnen kan (barricaderen dus). Houd deuren en ramen tijdens de kraak dicht voor de politie. Schat wel de situatie in en reageer redelijk. Even een rustig contact met de wijkagent helpt om latere overdreven reacties te vermijden. Als er daarentegen vijf goed gevulde combi's voor de deur staan, spreek je hen bij voorkeur onherkenbaar toe vanuit het raam op het eerste verdiep ('het huis is gekraakt', niet antwoorden op verdere vragen!) of hang je een verklaring op de deur. Laat je in geen geval intimideren of overbluffen door de politie. Je moet er nooit van uitgaan dat oom agent altijd eerlijk de waarheid spreekt tegen jou. In veel gevallen proberen ze je er gewoon uit te liegen door met gelijk wat te gaan dreigen. Ken je rechten en blijf op je strepen staan.

Na de kraak kan de politie in theorie niet meer zoveel doen. Behalve wanneer ze een huiszoekings- of ontruimingsbevel hebben of wanneer je je schuldig maakt aan andere strafbare zaken (zie hoofdstuk 4).

3.5 Omgaan met de eigenaar

Het kan zijn dat de eigenaar meteen al de volgende dag langskomt. Soms bellen de flikken zelf de eigenaar, maar vaak kan het geen kwaad de eigenaar zelf op de hoogte te stellen. Dat komt vriendelijker over, het geeft je de kans om je ook psychologisch voor te bereiden en je kunt dan meteen al inschatten hoe (on-)redelijk het contact zal verlopen. Daarnaast heb je zo de kans om zelf je bedoelingen uit te leggen en hopelijk hier wat sympathie voor te krijgen van de eigenaar.

Als de eigenaar redelijke dialoog weigert, laat hem dan gewoon razen. Probeer niet altijd kost wat kost de dialoog aan te gaan. Zeg hem gewoon dat hij de geijkte juridische weg zal moeten afleggen en dat je zijn woning zolang van de leegstand zal bevrijden. Het kan gebeuren dat de eigenaar, na zijn eerste woedeaanval, later nog bijdraait. Probeer eventueel later nog eens opnieuw contact op te nemen. Wat ook al vaak gebeurd is, is dat de eigenaar je er gewoon uit probeert te bluffen en/of te dreigen. Het is, jammer genoeg, niet omdat hij of zij tegen jou zegt dat er bv. 'volgende week maandag al met verbouwingen zal worden begonnen' of 'dat er al een koper is', dat dit ook effectief altijd zo is. Soms is het gewoon bluf. In dat geval kun je beter nog even afwachten vooraleer je je spullen weer begint in te pakken. Maak alleszins op voorhand zoveel mogelijk je huiswerk, dan kan je ook beter inschatten of de eigenaar wel eerlijk is tegen jou. Een andere mogelijkheid is om het pand te verlaten en het later, wanneer je ziet dat het blijft leegstaan, te herkraken (met in grote steden het risico dat andere krakertjes er misschien mee weg zijn).

Wat de eigenaar alleszins niet kan, is jou er zelf komen uitzetten (niet dat sommige eigenaars dit niet zullen proberen). Ook mag hij niet zomaar het pand dichttimmeren of er vernielingen in aanbrengen. Hij begaat dan zelf huisvredebreuk. Als de eigenaar je er zonder overleg uit wil, dan zal hij naar de rechtbank moeten stappen om een ontruimingsbevel te vragen.

Als de eigenaar bereid is tot dialoog, dan kun je proberen om tot een overeenkomst te komen. De politieke meningen over de opportuniteit om een overeenkomst met de eigenaar af te sluiten verschillen weliswaar, maar het is een mogelijkheid. In het geval van een actiekraak zal dat zelden of nooit gedaan worden. In het geval van een woonkraak waarbij je minimale garanties wil, kan het handig zijn. Bovendien is niet elke eigenaar van een leegstaande woning per definitie een klootzak. Sommige eigenaars zijn best vriendelijk en in vele gevallen wordt het tussen eigenaar en krakers op een akkoordje gegooid. Maar goed, het tegendeel kan ook (speculanten en huisjesmelkers). Maak zoveel mogelijk op voorhand je huiswerk.

Belangrijk is na te gaan wat de kosten en de risico's zijn van de eigenaar, maar ook wat de voordelen zijn van het feit dat zijn pand gekraakt is. Op basis daarvan kan je inschatten wat de belangen van de eigenaar zijn (en hoe graag hij jullie eruit wil) en kan je bepalen wat de eigenaar in ruil terecht aan jou kan vragen. Dit vormen belangrijke punten in de eventuele onderhandelingen met de eigenaar. Denk er goed over na en bereid je argumentatie voor.

Mogelijke kosten en risico's voor de eigenaar:

Voordelen voor de eigenaar (eventueel te benadrukken tijdens onderhandelingen):

Verder bepaal je eveneens goed wat jij wilt (bv. een garantie om een bepaalde termijn in het pand te kunnen wonen, misschien wil je het pand vrijwaren van de sloop, misschien wil je een redelijke opzegtermijn, misschien vind je eveneens dat niet alle, grote herstellingskosten voor jou alleen moeten zijn en wil je de eigenaar eveneens laten bijdragen, misschien wil je een bouwproject of leegstand aanklagen, ...).

Wanneer je hebt besloten om het op een akkoordje te gooien met de eigenaar, dan heb je opnieuw verschillende mogelijke overeenkomsten.

De grootste garantie voor jou geeft een gewone huurovereenkomst, in de zin dat de opzegmogelijkheden duidelijk geregeld zijn en dat de eigenaar een onderhoudsverplichting heeft. Maar het lijkt weinig waarschijnlijk dat de eigenaar zo een overeenkomst zal willen sluiten zonder dat daar een meer dan symbolische huur tegenover staat.

Een andere mogelijkheid is het afsluiten van een zogenaamde precaire overeenkomst (of akte van tijdelijke bezetting), waarin je de opzegtermijn regelt, eventueel afspraken maakt over bepaalde kosten of een bezettingsvergoeding. Ook andere wederzijdse afspraken (zoals bv. de verantwoordelijkheden voor schade of de brandverzekering) worden wel eens in een dergelijke overeenkomst geregeld.

Meestal heb je echter een gewone mondelinge overeenkomst over bepaalde zaken met de eigenaar. Deze heeft eveneens een bepaalde juridische waarde, ook al staat ze niet op papier. De eigenaar kan dat natuurlijk wel achteraf betwisten in de rechtszaal. Daarom kan het interessant zijn om een toestemming voor verblijf op papier te krijgen of om maandelijks een klein bedrag op de rekening van de eigenaar over te schrijven (het betalen van een eventueel symbolische huur kan soms gelden als bewijs voor een mondelinge huurovereenkomst). Dit kan later gebruikt worden als een bewijs in een eventuele uitzettingsprocedure.

3.6 Opknappen en onderhoud

Zeker wanneer je de garantie hebt dat je gedurende een tijd in je pand zal kunnen blijven, is het belangrijk je pand niet af te leven, maar te onderhouden en leefbaar te maken. Vergeet ook hier niet dat alle krakers zullen verrekend worden op jouw gedrag: maak geen stort van je kelder, breek niet nodeloos dingen af, etc. Voor informatie over opknapwerk verwijzen we je naar een goede doe-het-zelfgids. We hebben hier niet de ruimte om alles in detail te bespreken, maar zeker de kleine, minimale herstellingswerken zouden voor niemand een probleem mogen zijn. Met een beetje goede wil kan iedereen leren om bv. vensters te vervangen, dakpannen weer recht te leggen en de dakgoot te ontstoppen. Vochtplekken op de muur hebben een oorzaak, die soms verbazingwekkend eenvoudig te lokaliseren en te herstellen valt. Een kleine moeite, die uiteindelijk ook voor je eigen gezondheid belangrijk is (reuma, longontsteking, ...). Een beetje verven of behangen kan ook al wonderen verrichten. Meubilair en huisraad vind je verder gratis of voor een spotprijs op het groothuisvuil, op rommelmarkten of in kringloopwinkels. Let alleszins op je eigen gezondheid, d.w.z. hygiëne en veiligheid. Pas bijvoorbeeld op voor instortingsgevaar en asbest.

Het belangrijkste is alleszins om te zorgen voor de brandveiligheid. Het zou, jammer genoeg, niet de eerste keer zijn dat er brand ontstaat in een kraakpand en de gevolgen kunnen desastreus en zelfs dodelijk zijn. Een brandblusser in huis hebben kan daarom nooit kwaad. Het is verder absoluut levensbelangrijk om er altijd over te waken dat schouwen goed gekuist zijn, vooraleer je er een kachel op aansluit. Kijk de schouwen altijd goed na, deze kunnen in oude woningen deels ingestort zijn of vol zitten met vogelnesten, roet of brokstukken. Let ook altijd op met kaarsen, sigaretten, gaskachels, zybrokhaminnes en olielampen. Oude elektriciteitsleidingen en gasleidingen; idem dito! (SCHOUW-)BRAND KOMT SOMS ONVERWACHT EN IS LEVENSGEVAARLIJK!

Bovendien vinden eigenaar, politie en gerecht zaken zoals 'onhygiënische levensomstandigheden' (een rekbaar begrip), instortingsgevaar of brandveiligheid soms goede redenen om je uit je huis te zetten (zogezegd voor je eigen bestwil dan). Als het tot een rechtszaak komt, dan zullen deze begrippen met veel kans de revue passeren. En wanneer je zelf kunt aantonen dat je het pand hebt hersteld en behoed van verkrotting, dan is dat meestal een pluspunt voor de rechter. Redenen genoeg dus om er iets aan te doen en je pand op te knappen. Ook al is het alleen maar voor je eigen gezondheid, comfort en woonplezier, ook al is het soms veel werk, kost het soms wat geld en weet je niet op voorhand of je er wel lang zal kunnen blijven wonen, gewoon doen...

3.7 Elektriciteit, Gas en Water (EGW)

Wanneer je kraakt is het doorgaans perfect mogelijk om, net zoals een gewone huurder, water, gas, elektriciteit en zelfs een vaste telefoonlijn of een internetverbinding te laten aansluiten (in grote steden kan je tegenwoordig ook inhaken op draadloze internetnetwerken). Tenzij, natuurlijk, dat de aansluitingen volledig zijn afgesloten, er nooit gelegen hebben of zelfs vernield zijn. Zolang je je EGW-facturen betaalt, kan het de maatschappijen niet schelen of je nu huur betaalt of niet, je bent een klant als een ander. Hoewel het natuurlijk altijd beter is om niet te vermelden dat je kraakt, kwestie van problemen te vermijden.

Wat EGW betreft heb je drie mogelijkheden. Ofwel betaal je deze gewoon, ofwel tap je ze af zonder te betalen (wat strafbaar is!!!), ofwel overleef je zonder. Als je een nieuw pand bezet, is het hoe dan ook verstandig om altijd eerst alle meterstanden op te schrijven.

1. EGW betalen

Het voornaamste nadeel van de EGW betalen is dat je jouw anonimiteit opgeeft (een weliswaar te overwegen risico i.v.m. juridische procedures). Wanneer je voor de EGW betaalt, moet je immers een naam en adres opgeven (zo ben je gekend bij gerecht en politie). Je kunt dit omzeilen door een vriend(in) die ergens anders woont en gedomicilieerd is, te vragen om de EGW te laten aansluiten op zijn of haar naam. Die persoon is dan wel gelinkt aan het pand, maar woont er duidelijk niet. De factuur staat dan niet op jouw naam (je blijft anoniem), maar je betaalt die natuurlijk wel zelf. Maar EGW op je eigen naam en adres gaat ook. Als alles nog is aangesloten, dan laat je deze gewoon op jouw naam en adres overzetten. Je belt naar de nutsvoorzieningbedrijven en je geeft de meterstanden door. Zoniet, als de EGW volledig is afgesloten, dan kan je de EGW wel opnieuw laten aansluiten, maar dit is heel duur en in de praktijk niet onmiddellijk aan te raden (tenzij je weet dat je er lang kunt blijven wonen).

Vergeet ook zeker niet om je EGW-overeenkomst weer op te zeggen, nadat je het pand hebt verlaten!

2. EGW niet betalen

Diefstal van EGW is strafbaar! Het kan voldoende reden zijn om tot een ontruiming over te gaan (daarom doen ze het nog niet, maar het is al gebeurd). En als je identiteit naderhand bekend wordt (eventueel door een arrestatie bij een ontruiming), dan kunnen kosten en boetes geëist worden met eventuele veroordeling. Soms is de EGW nog aangesloten en dan kun je deze zo gebruiken. Je moet vaak enkel de hoofdtoevoer openzetten. Anders kun je proberen om water en elektriciteit af te tappen. Let op, want de eigenaar (of anders de vorige bewoner) krijgt waarschijnlijk de facturen toegestuurd en die kan daar doorgaans niet om lachen. Als de EGW verzegeld is, dan is het eventueel mogelijk om zelf de zegel te doorbreken. Er is zelfs een techniek om die zegel terug te hangen zonder dat men kan zien dat ze verwijderd was, door een soldeerbout te gebruiken (ervaring is hierbij wel vereist). Maar goed, knoeien met EGW doe je op eigen risico en liefst met kennis van zaken...

A. Water

Als het water nog is aangesloten, dan hoef je maar de hoofdkraan open te draaien. Deze bevindt zich meestal aan de voordeur. Opletten voor eventuele lekken in leidingen (waterlekken kunnen sowieso een duur grapje zijn als je ervoor moet betalen, let zeker op voor toiletten die blijven doorlopen)!!!

Wanneer de hoofdtoevoer is afgesloten, dan kun je deze eventueel openen met een speciale sleutel (dekseltje op voetpad openen en de kraan opendraaien).

B. Elektriciteit

Werken aan elektriciteit vergt toch enige kennis van zaken. Als je er niet in thuis bent, dan vraag je best iemand die er iets vanaf weet om je te helpen.

C. Gas

Prutsen met gas vraagt kennis van zaken!!! Niet doen. Je kan gas laten aansluiten of gasflessen gebruiken.

3. Overleven zonder EGW-aansluiting

Wanneer je om één of andere reden geen toegang hebt tot EGW, dan kun je bijvoorbeeld met de buren gaan praten en een overeenkomst proberen maken om via hen water en/of elektriciteit te verkrijgen (bv. tijdens volkskeukens of concerten). Wettelijk gezien heeft iedereen recht op water- en elektriciteitsvoorziening (dus ook krakers). Voorlopig heeft echter nog nooit iemand geprobeerd om dit recht af te dwingen, maar goed, op zich valt het natuurlijk altijd te proberen. En anders, lukt het ook best zonder ...

Hoewel water absoluut het meest levensnoodzakelijke is, overleven veel pandjes ook zonder wateraansluiting. Drinkwater en water om te koken, af te wassen... kan je in containers aanvoeren. Water om toiletten door te spoelen of om schoon te maken (water dat dus niet noodzakelijk drinkbaar moet zijn), kun je uit regentonnen halen. Kijk ook eens of er geen regenput is (ondergronds reservoir voor regenwater, meestal buiten onder een groot vierkant deksel).

Er zijn natuurlijk ook alternatieven voor elektriciteit en stadsgas, waaronder:

Voor verlichting: kaarsen of olielampen (eventueel zelf te maken met een glazen bokaal met een schroefdekseltje waar je een wiek doorhaalt en lampolie). Let wel op voor brandveiligheid! Verder: (zak-)lampen op batterijen, herlaadbare elektrische lampen of knijpzaklampen (mechanisch).

Voor verwarming: houtkachels, kolenkachels, allesbranders, gaskachels (zorg altijd voor voldoende ventilatie en zorg ervoor dat de schouw goed gekuist is!!!!). Hout- en kolenkachels zijn belangrijke bezittingen voor een krakergroep. Je vindt ze soms in oude huizen of bij het groot huisvuil en ja, je kunt ze ook zelf in elkaar lassen.

Hout vind je zowat overal. Palettenhout kan je gemakkelijk en in grote hoeveelheden gratis verkrijgen. Dakwerkers zitten ook vaak met hopen hout waar ze liever vanaf willen, dus als je enkele dakwerkers uit de buurt belt, dan heb je zeker wel eens prijs en heb je hout dat langer stookt dan paletten. Ook houtzagerijen hebben geregeld afvalhout. Natuurlijk niet de verlijmde boel meepakken, dat is niet alleen giftig, soms krijg je ook een hetere vlam (als je een aluminium-kachelpijp hebt, dan kan die dit niet altijd aan) en het is gewoon ook niet natuurvriendelijk.

Ook veel gebruikt zijn zybrokhamines, draagbare petroleumkachels, waarmee je een ruimte van pakweg 15m2 (ook afhankelijk van isolatie) vlot opwarmt. Kostprijs is 0,50 pleuro per liter, en gemiddeld brand je 3u met een liter. Probeer de wiek schoon te houden om geen extra rookgassen te krijgen. Nadeel aan deze mobiele verwarming, is dat je sowieso moet opletten voor CO-vergiftiging. Dus: zorgen voor afdoende verluchting, niet laten branden als je gaat slapen, en liefst ook niet te lang aan een stuk gebruiken (de nieuwere modellen zijn wel beter, voorzien van dubbele en driedubbele rookverbranding). Een ander nadeel is dat de lucht vochtig wordt door damp, zodat na gebruik de kamer nog killer kan voelen. Bij oudere modellen riek je ook wel wat naar petroleum, zo blijkt als je je in de buitenwereld begeeft. Toch zijn zybro's goed om vergaderingen of moeilijke momenten door te komen. Je kan als je geen andere mogelijkheid hebt, er kleine hoeveelheden op koken ALS je een grote pot gebruikt, want er mag ABSOLUUT GEEN WATER op brandende petroleum spatten. Blussen doe je met zand.

Gaskacheltjes worden aangesloten op een gasfles. Verwarmen met gas is echter een erg dure aangelegenheid. Heteluchtblazers op gas kunnen wel handig zijn om grote ruimtes in de winter te verwarmen (bv. tijdens concerten).

Zorgen voor een goede isolatie (tochtgaten opsporen en dichten) is ten slotte een must om de koude op een effectieve manier te bestrijden.

Koken: Het is het handigst om op gas te koken (zoek een fornuis op gasflessen). Koken op een geschikte hout- of kolenkachel is ook een optie (je weet wel, die fantastische Leuvense stoven van vroeger). Koken op een houtvuur duurt wat langer, maar het gaat ook. In dat geval bouw je best een beschutte kookplaats (bij voorkeur buiten, wat leuk is in de zomer, maar niet in de winter).

Muziek: Stroom opwekken voor optredens gaat met een generator. Dat is een dure aangelegenheid, maar wel een goede investering als je toch van plan bent om regelmatig concerten te organiseren. Een cassettedeck speelt zo'n 12 uur lang op een autobatterij. Zorg er wel voor dat je de batterij niet helemaal leegspeelt, zodat ze niet kapot is en je ze weer kunt opladen (herladen doe je elders met een batterij-oplader of je kan ze aansluiten als tweede batterij in camionetten die toch net een afstandje gaan rijden).

Om stroom te besparen (of om zonder elektriciteit te overleven), kijk je verder best een beetje uit naar de ouderwetse, puur mechanische modellen van allerhande huishoudelijke apparaten en keukengerief (zoals een handtondeuze, handmixer/klopper,...). Vroeger gebeurde het meeste immers handmatig (en neen, elektrische waterkokers, tandenborstels, scheerapparaten, koffiezetten, mixers, keukenrobotten, wasmachines, stofzuigers en afwasmachines zijn niet levensnoodzakelijk). Je hebt tegenwoordig echter ook nieuwere modellen van radiootjes en zaklampen die handmatig worden aangedreven. Het is misschien wat arbeidsintensiever, maar wel veel goedkoper, doorgaans milieuvriendelijker en in enkele gevallen zorgt de ouderwetse, handmatige manier zelfs voor betere resultaten (bv. afwas, koffie opgieten). In andere gevallen kunnen (herlaadbare) batterijen handig zijn. Helemaal DIY is het natuurlijk om te gaan experimenteren met alternatieve energiebronnen zoals zon- en windenergie (check de handboeken).

Onthoud alleszins:

VEILIGHEID: Het is zeker geen slecht idee om wanneer je activiteiten organiseert in je pand er eens wat tips over brandveiligheid op na te lezen. Deze spullen zijn alvast nuttig om te recuperen uit (pas) leegstaande gebouwen of op rommelmarkten: noodverlichting, brandblussers, branddeken voor (volks)keukens, ...

DIEFSTAL VAN GAS, WATER EN ELEKTRICITEIT is STRAFBAAR!

Het kan voldoende reden zijn om tot ontruiming over te gaan en als de identiteit van de bezetters bekend is, kunnen kosten en boetes op de bezetters verhaald worden.


Home H1: Inleiding H2: Voorbereiding H4: Kraken en de wet